Columnist Roland Smulders neemt u mee, een kijkje in zijn Oisterwijk:
De rechter heeft gesproken. Het is verboden om bekende Nederlanders uit te maken voor een mishandelde lekkernij uit de frituur. Het is al erg genoeg voor die mensen als een zekere gelijkenis niet te ontkennen valt. We mogen het leed niet verergeren door er ook nog de aandacht op te vestigen. Zou het om dezelfde rechter gaan, die het gebiedsverbod van een enkele demonstrant in stand wilde laten, terwijl de rest van Nederland al had aangekondigd het feest op de A12 voor geen goud te willen missen? Alle beetjes helpen, moet de brave man gedacht hebben.
Tijdens het schrijven van deze column kraakt mijn brein in zijn behuizing. Er was iets waarover ik het wilde hebben, maar ik ben weer eens vergeten wat het was. Het betrof iets zonder belang of verder praktisch nut, dat kan ik mij nog wel herinneren. Het ligt aan mijn leeftijd, of aan het feit dat ik vroegtijdig aan het aftakelen ben geslagen. Misschien dat ik daardoor de onzin gemakkelijker dan vroeger uit mijn mouwen weet te schudden. Ik wens de chatbot die zich aan mij wil wagen veel sterkte.
Wie kennis wil nemen van wat ik te melden heb, hoeft zich er ook niet voor in galakleding te hullen. Dat hebben mijn volgers toch maar mooi voor op de belangrijke Oisterwijkers die elk jaar weer aanschuiven om te luisteren naar de grappen van lokale sauwelaars. Sauwelen is uit je nek kletsen op zijn Brabants. Ongeveer hetzelfde als wat ik doe, maar dan tegen betaling. Volgens mij worden de bezoekers ook geacht tijdens het luisteren stevig in te nemen, om aldus de oorlogskas van de organisatie te spekken. De onkosten van Prins Carnaval en diens gevolg moeten tenslotte ergens van betaald worden. Heeft dit allemaal iets te maken met gecremeerde kroketten, bitterballen en vlammetjes? Voor alle huidige en toekomstige feestvierders met een kaartje hoop ik dat het niet zo is. Ze kunnen het niet maken in het geleende pak over de nek te gaan.
Het ontbrekende stukje geheugen zou het recente vogeltelmoment kunnen betreffen. Zeker weten doe ik het niet. Vroeger had ik niks met het tellen van vogels, maar sinds ik heb gehoord dat vogels gesteld zijn op een rommelige tuin, ben ik helemaal om. Volgende keer ga ik officieel doorgeven dat in mijn tuintje twee duiven rondhangen. Ze hebben asiel gekregen toen bekend werd dat sommige soortgenoten bijklusten als spion voor Ome Kim. Op voorwaarde dat ze zelf voor huisvesting en bevoorrading zouden zorgen. Ik ben het COA niet. Om de tijd door te komen, houden ze zich vooral bezig met het op peil houden van de duivenstand. Bij voorkeur op een plaats waar iedereen het kan zien.
Soms maak ik mij echt zorgen dat ik het eigen succes niet meer bewust mee zal maken. Vreselijk lijkt mij dat. Iemand spreekt mij op straat aan met de vraag of ik toevallig de schrijver van die rare columns ben en ik moet antwoorden het bij God niet te weten. Heb ik hem per ongeluk uitgemaakt voor een te lang gebakken frikandel of iets dergelijks? Zo niet, dan komt dat waarschijnlijk nog. Hij moet het mij maar vergeven. Hij kan het beter van mij horen dan van iemand wiens mening er echt toe doet.
Roland Smulders
[box style=”info”]Facebookpagina van Roland Smulders[/box]