Gemeente Oisterwijk gaat in beroep tegen de bestemmingsplanwijziging die Gemeente Haaren recent heeft doorgevoerd voor het buitengebied. Het bijzondere in deze kwestie is, dat Gemeente Oisterwijk na 1 januari zelf mede-verweerder is in dit beroep.
Oisterwijk had eerder al aangegeven het niet eens te zijn met het besluit van Haaren, maar in Haaren werd het voorgenomen besluit toch doorgezet. Na de herindeling is Gemeente Oisterwijk verantwoordelijk voor de uitvoering. Oisterwijk verwacht dat ze, als ze niet in beroep gaan, straks geen of beperkt mogelijkheden hebben ruime gebruiksmogelijkheden en bebouwing die in het nieuwe bestemmingsplan staan tegen te gaan of aan te passen.
Door het bestemmingsplan van Haaren ontstaan na de herindeling ook verschillen met de mogelijkheden in het huidige buitengebied van Oisterwijk. Er zijn zo op veel vlakken verschillen, die komend jaar door de nieuw gekozen raad gelijk getrokken moeten worden en zo geleidelijk alles in de nieuwe gemeente tot elkaar moeten brengen. Het is dus straks aan de nieuwe raad om nieuw beleid te maken, ook voor het buitengebied van de gehele nieuwe gemeente, Oisterwijk en Haaren samen.
Het bijzondere in dit geval is dat de gemeenteraden van de vier overnemende gemeenten verweerder zijn in deze beroepsprocedure, dus ook Oisterwijk. In die hoedanigheid kan de gemeenteraad van Oisterwijk verklaren dat hij het eens is met de beroepsgronden. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State zal dan zeer waarschijnlijk het beroep gegrond verklaren. Mocht de nieuwe raad de in het beroep meegenomen onderdelen alsnog (gedeeltelijk) goedkeuren, dan kan het beroep (op die delen) worden ingetrokken.
Er zullen overigens nog veel andere onderwerpen volgen, waarin het beleid van Haaren en Oisterwijk gelijk getrokken moet worden. Dat zal ook gevolgen kunnen hebben voor organisaties en individuen.
